Met (Europese) subsidies je circulaire ambities verwezenlijken.
In CityLoops werkt de gemeente Apeldoorn samen met zes andere Europese steden aan pilots om twee afvalstromen te sluiten: bouw en infrastructuur en organisch materiaal. Een mooi project om, gesubsidieerd door de EU, stappen te zetten naar een circulaire stad. Specifiek voor Apeldoorn betekent dit pilots om biostromen (zoals blaadjes en takjes) te upcyclen en om GWW-afval te hergebruiken als (bouw)materialen binnen de stad. Nieuwe inzamel- en verwerkingsprocessen en het onderzoeken van nieuwe verdienmodellen zijn onderdeel van de pilots die de gemeente samen doet met lokale en regionale ondernemers, non-profit organisaties en kennisinstellingen. CityLoops is mogelijk gemaakt door hét Horizon2020 EU programma voor in totaal 10 miljoen euro.
“Haha, het zit in mijn systeem denk ik. Bij bijna elk gesprek zeg ik wel een keer ‘Heb je gedacht aan die en die subsidie?’ Ik heb gewoon een enorme drive om dingen vanuit subsidies voor elkaar te krijgen. Innovatie en creativiteit, allebei onmisbaar in een circulair economie, zijn heel veel waard en dat moet dus ook gesubsidieerd kunnen worden, vind ik. Daarbij zijn alle grote opgaven waaraan we werken subsidiabel: circulaire economie, klimaat, energie, eigenlijk alles rondom maatschappelijke opgaven. Je moet een aanvraag gewoon goed voorbereiden: je koopt toch ook niet zomaar een huis? Werk samen, bouw je kennis en ervaring op (en borg die) en voer het project uit zoals bedacht. Wijzigt er iets, informeer dan je financier. Dat zou de bank die je hypotheek verstrekt ook willen weten. Het is eigenlijk heel simpel.
Het gedoe ontstaat vooral als ‘men’ de projectadministratie niet op orde heeft. Het subsidielandschap zit vrij logisch in elkaar: de Europese subsidies zie je terug in de provinciale regelingen. De nationale regelingen ‘hangen’ aan de Rijksdepartementen of het Topsectorenbeleid. Als je dat weet, liggen de nuances per provincie (en natuurlijk ook per regeling).
Het gaat niet alleen om geld. Dat is maar een middel. Het gaat om innovatie, samenwerken en vooruitgang. De ruimte die een traject biedt om te experimenteren en te leren van elkaar. Dat begint al voorafgaand aan een subsidieaanvraag. Bouw een lokaal consortium met partners waarmee je zou willen samenwerken en soms ook gezellig dineren (een goede relatie is essentieel). Capaciteit is ook heel belangrijk: zo’n groot project als CityLoops kan je nooit alleen doen. Begin bij ondernemers en/of kennisinstellingen en de eigen interne organisatie. Maar betrek ook andere gemeenten, provincie of waterschappen. Als het project eenmaal loopt zie je ook de interesse groter worden. In het CityLoops netwerk zitten nu zo’n 30 à 40 mensen.
De subsidie voor het gehele consortium is 10 miljoen euro. Daar komt vaak nog eigen uren en financiering bij. Die 10 miljoen moeten we wel delen met 28 partners hè. Maar voor het lokale project hebben we het over ruim 1,6 miljoen aan subsidies. Het mooie van een aanvraag voor een overheid is dat als je de financiering voor een bestaand project kan organiseren er een multiplier effect in zit. Daarmee bedoel ik dat de kosten soms voor 140% tot 200% gefinancierd kunnen worden. (Let op het verschil tussen kosten en financiering!).
Wat ik als subsidieadviseur doe is subsidies aanvragen, projectteams vormen en intern/extern subsidieteams bouw voor (Europese) projecten. Bij CityLoops ben ik als projectleider vooral mensen aan het verbinden, drempels aan het wegnemen en proberen samen pilots vorm te geven. Voorafgaand aan het project ben ik met de mogelijke samenwerkingspartners in gesprek gegaan om uit te zoeken of er een gemeenschappelijke interesse is, waar de verbinding zit en gedeelde circulaire ambities. Zo’n project is voor ondernemers ook een kans om met een circulair businessmodel te starten. In zo’n gesprek kan je er ook achter komen wat eventuele belemmeringen van ondernemers zijn om mee te doen. Die kan je dan proberen weg te nemen of te benoemen om er een experiment of onderzoek van te maken (en dan te subsidiëren). Ik leg ook verbindingen: wat er in de ene sector gebeurt kan namelijk ergens anders vaak ook. Ik zorg ervoor dat we van elkaar leren door het bij elkaar brengen van expertises en vanuit de opgave te denken in plaats vanuit je eigen belang.
De grootste valkuil is dat je jouw eigen koers gaat aanpassen aan een programma omdat je het geld graag wilt binnenhalen. Doe dat vooral niet: Ik zoek altijd een regeling die past bij onze doelen, het moet passen. Op het moment dat je te veel gaat aanpassen aan subsidievoorwaarden die eigenlijk niet passen bij je eigen plan verlies je focus, betrokkenheid en commitment. Verder moet je je realiseren dat je zo’n gesubsidieerd traject ook moet afmaken als je eenmaal begonnen bent. Zeker bij grote en meerjarige projecten is een lange adem soms nodig. Maar overall is de samenwerking juist altijd heel inspirerend. Zeker ook bij dit Europese CityLoops is de internationale uitwisseling vernieuwend en het creëert ook bewustwording dat er veel mogelijk is.
Dat zijn er op provinciale en op nationale schaal maar een paar. In Europa is dat bijv. EFRO, Interreg NWE, Interreg NSR, Interreg Europe, LIFE, UIA. Maar staar je daar ook niet te blind op. Je zou ook heel prima Erasmus+ kunnen gebruiken. Het gaat er om in wat je wilt. Wil je leren of wil je nieuwe materialen of processen ontwikkelen? Wil je wateropvang met hergebruikte riolering of wil je dat er een leerdoel (ESF) aan wordt gekoppeld. Misschien past het wel veel beter in het Digital program omdat je met kunstmatige intelligentie scans ontwikkelt voor digital twins, wat ook weer in het Topsectorenbeleid past. Het is niet altijd op voorhand te zeggen, maar richtinggevend zijn bovenvermelde regelingen zeker.
Als je dit voor het eerst doet, begin dan klein, bijvoorbeeld met een provinciale regeling.
Doe een Europees project nooit alleen. Zorg voor een lokaal consortium bestaande uit bij voorkeur de triple helix. Bijvoorbeeld 1 of 2 gemeenten, 1 of 2 kennisinstelling(en), non-profit organisatie en tenminste 1 of 2 ondernemers. Samen weet je namelijk meer, je komt verder en je kan je beter aanpassen in tijd, capaciteit, middelen en kosten.
Creëer draagvlak door het verhaal te vertellen. Ook bestuurlijk commitment is relevant
Maak keuzes in je doel. Wat doe je wel, wat doe je niet. Less is more. Pak dus liever 1 business case in circulaire economie dan veel hooi op je vork.
Samenwerken in EU projecten moet net zo voelen als samenwerken in een voetbalteam. Zorg voor gelijkwaardigheid; het is geven-nemen én zorg voor een goede/gemoedelijke sfeer.
>> Lees ook het magazine de Verschilmakers voor Decentrale Overheden
>> Of luister de podcast Naar een Circulair Nederland over bouw, landbouw, infrastructuur, bedrijven, inwoners en afval in 2050.
In samenwerking met:
Een initiatief van: