In Nederlands staan in totaal zo’n 3 miljoen verkeersborden die een gemiddelde levensduur hebben van 10-20 jaar . Vaak worden ze door veranderende verkeerssituaties eerder vervangen. De meest circulaire keuze is het opknappen van een bestaande bord en het bord voorzien van een nieuwe, digitaal geprinte signface. Maar dat blijkt in de praktijk niet altijd mogelijk of voldoende. Traditionele borden zijn gemaakt van staal en aluminium, materialen met een grote milieu-impact. Naast het recyclen van het oude aluminium zijn er verschillende biobased alternatieven.
Zo zijn er biocomposiet borden die bestaan uit Nederlands riet, kalk en hars en verkeersborden van bamboe, hennepvezel of rijstvlies. Een bijkomend voordeel is dat deze borden minder diefstalgevoelig zijn omdat ze van biobased materiaal zijn. In de gemeenten Alphen aan den Rijn, Lelystad en Bergen staan ze al.
Er bestaat ook een inkoopstrategie verkeersborden en bewegwijzering voor alle publieke inkopers die getest is in de praktijk. Deze is gemaakt door de ‘Buyer Group Verkeersborden en Bewegwijzering, waar o.a. de gemeente Zaanstad, Gooise Meren, Almere en Wageningen aan gewerkt hebben.
Wegverlichting als dienst huren in plaats van lantaarnpalen kopen en eigenaar zijn. Dat is eenvoudig gezegd het idee van 'verlichting as a service'. De provincie Noord-Brabant heeft langs de N279 Noord 17 kilometer circulaire verlichting. Dat betekent dat ruim 600 armaturen langs dit wegvak geen eigendom meer zijn van de provincie, maar in handen zijn van bouwbedrijven. Het traject levert energiebesparing op wat er weer voor zorgt dat de armaturen langer mee gaan.
De meeste geleiderails, zoals vangrails officieel heten, zijn gemaakt van staal, een milieubelastend materiaal. Langs onze snelwegen staat meer dan 8000 kilometer aan vangrail. Ook hier geldt natuurlijk weer dat het hergebruiken van bestaande vangrails veruit het meest circulair is. Zoals ook de provincie Limburg doet langs de N271. Professionele demontage van oude vangrelen is belangrijk bij hergebruik, maar kan ook extra tijd kosten. Biobased vangrails bestaan al heel lang alleen zien we ze nog weinig. Al in 2005 werden houten vangrails goedgekeurd als alternatief voor aluminium of staal. Ze voldoen aan de veiligheidseisen, zijn duurzaam, bieden milieuwinst en zijn esthetisch verantwoord/ Je ziet zo o.a. langs de waterlinieweg in Utrecht en langs de N209 bij Benthuizen.
In Nederland staat zo’n 600 kilometer aan geluidsschermen langs wegen. Ook hier geldt natuurlijk dat hergebruik van oude schermen het beste is. Maar deze schermen kan je ook van biobased materiaal maken, zoals van hout, van kokosvezels of biocomposiet. Biobased materialen zijn uitermate geschikt voor geluidswering. Om goed te kunnen beoordelen hoe duurzaam en circulair geluidsschermen zijn, ontwikkelde het vakblad OTAR voor zowel producenten als voor beheerders/kopers een beoordelingsmodel. Lees er alles over in ‘Drie criteria voor duurzame en circulaire geluidsschermen’.
Stoeptegels of straatmeubilair zijn voorbeelden van producten die je net zo goed kan hergebruiken i.p.v. vervangen met nieuwe materialen. In een straat in Amsterdam-Noord zijn zo’n 80.000 m2 stoeptegels hergebruikt i.p.v. vervangen door ze schoon te maken en terug te plaatsen. Hierdoor gaan de stoeptegels in dit project van de gemeente Amsterdam weer 30 tot 40 jaar mee en is 130 ton CO2 bespaard. Apeldoorn en Leeuwarden werken aan eigen materialenbanken en willen daar samen in optrekken.
Lees in het tijdschrift De Verschilmakers zeven circulaire praktijkverhalen van baanbrekende ambtenaren bij gemeenten, provincies en waterschappen. Deze verhalen zitten bomvol concrete tips om morgen mee aan de slag te gaan.
In deze zes podcasts gaan wij met experts in gesprek over hoe Nederland er in 2030 en 2050 uit komt te zien op het gebied van bouw, landbouw, infrastructuur, bedrijven, consumenten en afval.
In de andere edities over infrastructuur komen deze onderwerpen aan bod:
Een initiatief van:
In samenwerking met: