Een materialenoverzicht levert belangrijke informatie op over wat en vooral hoeveel je van welke grondstof in beheer hebt. Het geeft ook inzicht in wat herbruikbaar is op welk moment. Ook voor bestaande bruggen, viaducten en tunnels kunnen materiaalpaspoorten gemaakt worden. De Unie van Waterschappen heeft al haar materiaal met milieueffecten in kaart gebracht om daarmee circulair beheer van de materiaalvoorraad mogelijk te maken. Uit dit materiaaloverzicht blijkt dat veel materiaal niet snel vervangen zal worden maar in veel gevallen uiteindelijk goed herbruikbaar is.
Met geavanceerde technieken en sensoren kunnen we steeds nauwkeuriger inzicht krijgen in hoe beton, staal of andere metalen in bruggen, viaducten en tunnels zich gedragen. Met die gegevens kunnen we nauwkeuriger renovatie- of vervangingsplannen maken die beter zijn uitgespreid over de tijd. De TU Delft werkt met Rijkswaterstaat aan verbetering van bestaande monitoringsystemen om ook beter te kunnen bepalen wanneer je over zou moeten gaan tot onderhoud- en herstelwerkzaamheden.
Niet supersexy misschien, maar met het onderhouden en renoveren van bruggen, tunnels en viaducten kunnen we het bouwen van nieuwe uitstellen. Dat maakt het een zeer circulaire oplossing. Ook onderhoud en renoveren kun je circulair doen door bijvoorbeeld in je onderhoudsplannen het gebruik van biobased materialen op te nemen. Of door bij een renovatie alleen hergebruikte materialen uit je eigen of andermans grondstoffenhub te gebruiken waardoor je geen nieuwe grondstoffen hoeft aan te boren. Het kan een manier zijn om in eerste instantie met circulaire materialen ervaring op te doen. Zo gaaat Waterschap Noorderzijlvest maar liefst 17 bruggen zo circulair mogelijk onderhouden en renoveren. Lees in de editie over bestaande bouw alles over circulair onderhoud, renoveren en slopen.
Het meest circulair is het hergebruiken van kunstwerken in zijn geheel in plaats van de losse onderdelen of materialen. Er bestaan materialenbanken die uitwisseling van materialen faciliteren maar er bestaat ook een speciale bruggenbank waar je bruggen in zijn geheel kunt overnemen. Zo is laatst de Waaghoofdbrug uit de gemeente Leiden naar de gemeente Nijmegen verplaatst.
Natuurlijk kun je als een bouwwerk (deels) afgebroken moet worden, de nog herbruikbare materialen oogsten. Beton is bijvoorbeeld erg interessant omdat het naast staal het meest vervuilende materiaal is in de bouw en we gebruiken er enorme hoeveelheden van. Hier is door hergebruik ongelooflijk veel winst te behalen. Dat gaat niet altijd per se eenvoudig, maar de betonnen liggers die in de meeste bruggen zitten kun je bijvoorbeeld heel goed in zijn geheel oogsten en vervolgens weer ergens anders hergebruiken. Zo doet Prorail dat ook, zoals je kunt lezen in dit interview. De gemeenten Leeuwarden, Tytsjerksteradiel, Waadhoeke, Súdwest, Heerenveen en Vereniging Circulair Friesland onderzoeken of ze gezamenlijk een infra materialenbank kunnen opzetten.
Natuurlijk is het voorkomen dat een tunnel, viaduct of brug volledig nieuw gebouwd moet worden het meest circulair. Maar moet er toch gebouwd worden, dan zijn circulaire ontwerpprincipes van belang:
● Zoals demontabel of zelfs remontabel bouwen. Bij demontabel bouwen kan een bouwwerk ook weer helemaal uit elkaar gehaald worden waardoor de materialen en onderdelen eenvoudig hergebruikt kunnen worden. Een remontabel bouwwerk kun je volledig uit elkaar halen en op een andere plek exact weer opbouwen (super circulair).
● Ontwerp voor veranderende eisen. Omdat hun functie verandert worden veel bruggen, tunnels of viaducten eerder gesloopt dan nodig is. De weg die over die brug loopt moet bijvoorbeeld breder of smaller, de brug of het viaduct moet zwaarder belast kunnen worden of de onderdoorgang moet verbreed of verhoogd. Wanneer een object zo ontworpen is dat het zich kan aanpassen aan veranderende eisen, hoeft het niet vervangen te worden.
● Om het mogelijk te maken onderdelen van bruggen, viaducten of tunnels op een andere plek opnieuw in te zetten is een bepaalde mate van standaardisatie van het ontwerp wenselijk. Om die standaard te bepalen is het noodzakelijk dat decentrale overheden een rol pakken, samen met Rijkswaterstaat om vervolgens bouwers mee te nemen in het nieuwe normaal van circulaire infrabouw.
Een handige leidraad voor circulair ontwerpen in GWW-projecten zijn de acht circulaire ontwerpprincipes van Rijkswaterstaat. Die zijn gericht op preventie, waardebehoud en waardecreatie:
1. Voorkómen: niet doen wat echt niet hoeft.
2. Verleng de levensduur van bestaande objecten.
3. Maak duurzaam gebruik van bestaande objecten, materialen, grondstoffen en natuurlijke processen.
4. Ontwerp voor meerdere levenscycli.
5. Ontwerp toekomstbestendig.
6. Ontwerp voor optimaal beheer en onderhoud.
7. Ontwerp voor duurzaam materiaalgebruik.
8. Ontwerp voor minimaal grondstof- en energiegebruik in de aanleg en gebruiksfase.
Dit is natuurlijk een open deur, maar je hoeft niet alles zelf uit te vinden: In de 'buyer group' circulaire viaducten en bruggen werken publieke organisaties samen die concreet een circulair viaduct of een circulaire brug willen realiseren in de komende jaren. Deelnemers ontwikkelen in werksessies een gezamenlijke marktvisie en een inkoopstrategie voor circulaire bruggen en viaducten en gaan deze toepassen in de praktijk. Je kan nog meedoen! Verder vind je in de handreiking 'Verduurzaming MIRT' handvatten om inkoop en uitvoering van infraprojecten circulair en klimaatneutraal te maken.
De Cruqiusbrug bij Heemstede wordt deels vervangen en deels vernieuwd: “De nieuwe brug wordt energieneutraal, onderhoudsarm en circulair ontworpen en gebouwd, volgens de principes van industrieel, flexibel en demontabel bouwen.”
De gemeente Oude IJsselstreek heeft wandel- en fietsbrug ‘Hoge Brug - Melkvonder’ in Ulft vervangen met “minimale inzet van nieuwe - zogenaamde ‘virgin’- grondstoffen en maximaal hergebruik van die grondstoffen”. “De nieuwe brug bestaat uit een draagconstructie gemaakt van staal van de huidige brug, versterkt met ijzer dat vrijkwam uit een sloopproject van Dusseldorp, de buizenfabriek in Silvolde.” Je leest er meer over in het interview met Dennis Schilderinck onderaan deze pagina.
Andere voorbeelden zijn:
- Het circulaire viaduct bij Kampen, het eerste circulaire viaduct in Nederland
- Fietstunnel Stappegoor in Tilburg
- De Weidumerhoutbrug in Leeuwarden
- Hier lees je hoe Rijkswaterstaat marktpartijen uitdaagt om met oplossingen te komen voor de doorontwikkeling van een circulair viaduct: “De hele keten moet klaargestoomd worden”. Meer informatie over het onderzoek van RWS naar de aanpak van circulaire viaducten vind je hier.
- Hier vind je de verkenning circulaire tunnels van het COB.
- Hier vind je alle publicaties van RWS over circulaire economie en infra. Zoals de factsheets ‘Klimaatneutrale en circulaire tunnels’, ‘Circulaire bruggen en viaducten’, ‘Materialenpaspoort’ en ‘Circulaire ontwerpprincipes RWS’ (Let op: de factsheets staan onderaan de pagina, even naar beneden scrollen dus.)
Meer informatie over circulair bouwen vind je in de editie over circulaire nieuwbouw.
In dit interview vertelt Brenda van den Dungen over hoe de Aanpak Duurzaam GWW haar helpt om in alle infrastructurele projecten circulaire economie en duurzaamheid toe te passen met een ambitieweb en een omgevingswijzer. Ze wachtte niet op beleid en is gewoon begonnen.
Hergebruik van een oude brug bij de bouw van een nieuwe
Lees hier het interview met Dennis >>
Lees in het tijdschrift De Verschilmakers zeven circulaire praktijkverhalen van baanbrekende ambtenaren bij gemeenten, provincies en waterschappen. Deze verhalen zitten bomvol concrete tips om morgen mee aan de slag te gaan.
In deze zes podcasts gaan wij met experts in gesprek over hoe Nederland er in 2030 en 2050 uit komt te zien op het gebied van bouw, landbouw, infrastructuur, bedrijven, consumenten en afval.
In de andere edities over Infrastructuur komen de volgende onderwerpen aan bod:
Een initiatief van:
In samenwerking met: