Financiering

Geld als motor voor de circulaire economie

In dit artikel lees je hoe je de mythe doorprikt dat circulair altijd duur is, hoe je met logische rekenregels (zoals restwaarde en CO₂-prijzen) financiële ruimte creëert en hoe je budget slim regelt, ook als er geen apart potje is.

Geld als motor voor de circulaire economie

Financiering hoeft geen obstakel te zijn – als je leert anders naar kosten te kijken. Veel gemeenten en provincies worstelen met de vraag: hoe betalen we dit eigenlijk? Circulair werken lijkt vaak duurder, maar in werkelijkheid levert het juist besparingen en maatschappelijke winst op. De truc zit in eerlijker rekenen, het zichtbaar maken van verborgen en maatschappelijke kosten, en het benutten van middelen die er al zijn. Zo wordt geld niet de rem, maar juist de versneller van jouw circulaire ambities.

Het misverstand ontmaskerd: is circulair altijd duur?

Het hardnekkigste misverstand is: “Circulair is duurder.” Dat klopt alleen als je blijft rekenen zoals in de lineaire economie, waar vooral de aanschafprijs telt. De werkelijkheid is anders:

Betere kwaliteit

Circulair gaat vaak over betere kwaliteit. Producten of assets die uitgezocht worden op hoe lang ze meegaan, hoe reparabel ze zijn en hoe ze goed te onderhouden zijn, besparen kosten.

Verborgen kosten

In de traditionele manier van rekenen worden kosten vaak onderschat. Denk aan onderhoud dat hoger uitvalt dan voorzien, materialen die op nul worden afgeschreven terwijl ze nog waarde hebben, of de afvalkosten aan het einde van de levensduur. Deze kosten worden niet meegenomen in de initiële realisatieprijs, maar worden later wél betaald. Circulair werken maakt deze verborgen kosten zichtbaar – en voorkomt dat je als overheid voor verrassingen komt te staan.

Maatschappelijke kosten

Traditionele producten, assets of bouwwerken leiden vaak tot meer vervuiling van lucht, water en bodem en tot klimaatproblemen. De gevolgen daarvan komen terug in hogere zorgkosten, herstelmaatregelen en een minder gezonde leefomgeving. Uiteindelijk betalen inwoners én gemeenten en provincies de rekening – bijvoorbeeld via gezondheidszorg, infrastructuur of waterbeheer. Circulaire strategieën pakken deze problemen aan de bron aan. Volgens PBL/CBS kunnen we met circulaire aanpak  45% van de nationale klimaatproblemen oplossen; wereldwijd ligt dat effect volgens het Circularity Gap Report zelfs op 85%

Kortom, circulair lijkt duur als je met een traditionele  bril kijkt, maar zodra je verborgen en maatschappelijke kosten meerekent, blijkt het vaak de verstandigste én goedkoopste optie.

Anders rekenen en omgaan met kosten

Circulaire economie vraagt om een bredere blik op geld. Door anders te rekenen maak je circulaire keuzes financieel, logisch en bestuurlijk verdedigbaar.

Restwaarde in maatschappelijk vastgoed
In de lineaire boekhouding wordt vastgoed meestal afgeschreven tot nul: na 40 of 50 jaar wordt een gebouw financieel waardeloos gerekend. In de praktijk zijn de materialen, installaties en bouwdelen vaak nog prima bruikbaar en vertegenwoordigen ze een aanzienlijke waarde. Circulaire restwaarde maakt die toekomstige waarde zichtbaar in de begroting. Dat betekent dat je nu al kunt rekenen met de waarde van herbruikbare materialen, modulair ontworpen onderdelen of losmaakbare constructies.

Gemeenten als Heerenveen en Leeuwarden passen dit principe toe bij hun vastgoedportefeuille. Daardoor kunnen zij investeringen in circulair bouwen makkelijker rechtvaardigen: de hogere investering aan de voorkant verdient zich terug in een hogere restwaarde aan het eind van de levensduur. Dit is een rekenmodel dat je hiervoor kunt gebruiken.

Sinds 2025 is er bovendien in het Programma Onderwijshuisvesting (POHV) een landelijke rekenmethode beschikbaar waarmee gemeenten en schoolbesturen de circulaire restwaarde van schoolgebouwen eenduidig kunnen bepalen. Deze standaard wordt ondersteund door financiers, kostenspecialisten en accountantskantoren en maakt het eenvoudiger om circulaire keuzes financieel door te rekenen en bestuurlijk te verdedigen.

CO₂-schaduwprijs
Een CO₂-schaduwprijs is een rekenwaarde die aangeeft wat de maatschappelijke kosten zijn van één ton CO₂-uitstoot. Het gaat dus niet om een marktprijs die je écht betaalt, maar om een interne rekeneenheid die je gebruikt bij investeringsafwegingen. Door aan elke ton uitstoot een prijskaartje te hangen, maak je zichtbaar wat klimaatverandering de samenleving werkelijk kost.

Voorbeeld: de provincie Utrecht hanteert een schaduwprijs van €875 per ton CO. Dat bedrag is veel hoger dan de huidige ETS-marktprijs (ca. €85 per ton), maar gebaseerd op onderzoek naar de werkelijke klimaatschade en maatschappelijke kosten. Door deze prijs mee te nemen in maatschappelijke kosten-batenanalyses (MKBA’s) en grote investeringsbeslissingen (zoals infrastructuurprojecten boven de €15 miljoen) krijgen duurzame alternatieven een eerlijkere kans en kunnen onrendabele maatregelen tóch maatschappelijk verantwoord zijn.

Ook andere gemeenten en provincies experimenteren met interne CO₂-prijzen (bijvoorbeeld Amsterdam met ca. €418/ton), maar Utrecht loopt voorop met de hoogte én de brede toepassing van €875/ton. 

De provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, en Drenthe werken aan CO2-monitortools die helpen verduurzaming te sturen, wat een stap is richting systematischer inzicht en mogelijk bredere invoering van CO2-prijzen of -boekhoudingen.

R-ladder = kostenladder
Hoe hoger je inzet (refuse, reduce, repair, reuse), hoe meer kosten je bespaart. Minder grondstoffen inkopen scheelt direct in uitgaven, reparatie verlaagt afvalkosten en lokaal hergebruik vermindert transport. Het effect wordt groter als je het op schaal doet: inzetten bij bedrijven of ketens levert veel meer op dan losse acties.

Total Cost of Ownership (TCO)
Door te kijken naar de totale levenscycluskosten (aanschaf, onderhoud, gebruik, hergebruik) wordt circulair inkopen vaak juist goedkoper. Dit principe wordt steeds vaker toegepast in GWW-projecten en bij circulaire kantoormeubels.

Milieukostenindicator (MKI)
De MKI drukt de milieubelasting van een product, dienst of project uit in één bedrag. Daarmee maak je zichtbaar welke verborgen kosten (zoals uitputting van grondstoffen, CO₂-uitstoot of watergebruik) schuilgaan achter een ontwerp- of inkoopkeuze. Door MKI-scores mee te wegen in aanbestedingen, geef je circulaire en duurzame alternatieven een objectief voordeel.

Middelen realiseren: waar haal je het budget vandaan?

1

2

3

4

5

Alles over subsidies

De les: geld voor circulaire economie is er vaak niet direct zichtbaar, maar door slim te koppelen en samen te werken maak je wél budget vrij.